Holland District Grand Lodge nr. 1

Ontstaan van het Mechanisme

Op 24 juni 1717, op St. Jansdag, een feestdag van de Tempeliers verenigden 4 Londonse Vrijmetselaarsloges zich tot één Grootloge met Anthony Sayer als Grootmeester.

In 1751 vond er een scheuring plaats zodat twee groepen tegenover elkaar kwamen te staan, namelijk: “De Moderns of “The Premier Grand Lodge of England 1717” en de Anciënt, ook wel “The Most Anciënt and Honourable Society of Free and Accepted Masons 1751”.

In zijn werk Freemasons Guide and Compendum, schrijft de mason Bernard Jones op pagina 197 het volgende: “So we find five lodges independent of any higher control, forming themselves into a body assuming the style of a Grand Lodge of the old institution. The members did not numbered more than eight. Many of them were Irish and most of them were Mechanics or Shopkeepers. Whereas, at that days the average members of the lodgers under the older Grand Lodge was of a higher social grade”.

Op pagina 486, hoofdstuk 33, handelende over de maçonnieke rouw, vermeldt Bernard Jones dat zaken als begrafenissen en rouw hoog stonden aangetekend in het vaandel van de broeders in de jaren 1700 en in hun gedachten was de verwachting van een zieken- en begrafenistoelage onlosmakelijk verbonden aan hun ideeën. Het was een gewoonte die zij geërfd hadden van de Engelse gilden en operatieve lichamen in Engeland en Schotland. Zo is op pagina 489 ook een uiteenzetting gegeven over de gewoonte van loges om op begraafplaatsen graven te kopen ten behoeve van hun leden.

“Two of Jersey lodges owned graves: The Duke of Normany Lodge no. 25 bought a grave in Mont a la Abbe Cemetery, in which it burried in 1863 a much beloved Past Master and at a later date, his wife”.

In 1757 vond er wederom een scheuring plaats, nu bij de Modernen. De afgescheiden groep die haar eigen weg ging droeg de naam van Mechanics. De reden van hun afscheiden van de Vrijmetselaars lag meer op het administratieve vlak dan op het rituele. Zij behielden alle oude leerstellingen, doch wensten geheel afzijdig te blijven van de twisten binnen de Vrijmetselarij. Bernard Jones beschreef hen als:

The style of the old institution. Zij noemden zich vanaf dat moment:

“THE INDEPENDENT UNITED ORDER OF MECHANICS”

In zijn “Historical notes on Mechanism” zegt de gewezen Grootmeester en Executive Grand Councillor broeder William F. Vassal, een der weinige schrijvers van het Mechanisme, het volgende: “Intussen scheidden in 1757 de Mechanics zich van de Metselaars. Zij hielden zich trouw aan de oude gebruiken, maar wensten geen deel te hebben aan de twisten.“

De Broederschap ging zich daarna vestigen in het engelse graafschap Lancashire en breidde zich daarna uit over de graafschappen Cumberland, Durnham, Northumberland en Schotland.  De Independent United Order of Mechanics, Western Hemisphere Incorporated in haar huidige vorm werd in 1757 in Lancashire, Engeland gesticht en werd erkend door het Brits Parlement.  Een Bestuurlijk Gezag werd gevormd en de Broederschap werd ingeschreven in het register “Friendly Society Act”.

Daarna heeft de Broederschap een stille periode gehad.

In 1877 breidde de Broederschap zich uit naar veel landen in de westelijke wereld en sindsdien zijn meer dan tweehonderd afdelingen in 32 landen gevestigd. Om er enkele landen te noemen: de Verenigde Staten, Groot Brittanië, Canada, Jamaica, Trinidad en Tobago, Suriname, de Nederlandse Antillen, Panama, Barbados, West Indië, Brits Guyana, Frans Guyana, Frans Honduras, Guatemala, Grenada, Belize, St . Lucia, de Bahamas, Nederland enz.  

Maar pas in de tweede helft van 19e eeuw kreeg de Broederschap wereldbekendheid.

De Broederschap is een pyramidale instelling met een brede basis (onderbouw) en taps lopend naar de top:

  1. • De basis (onderbouw) zijn de Loges, Chapters en Conclaven.
  2. • De Districtsbesturen of Grootloges. Deze zijn de hoofdbesturen van een aantal loges, chapters en conclaven.
  3. • Het Hoofdbestuur of The Executive Committee of Grand Council, gevestigd in Brooklyn, New York in de USA.